donderdag 19 mei 2022

Het Montaigne-dogma


Zeecadettenmat

Montaigne’s kortste essay is het 22e in Boek I van de Essays. De titel in mijn Nederlandse editie in de vertaling van Frank de Graaff luidt “De een zijn dood is de ander zijn brood”. Letterlijk staat er, vertaald uit het Frans: “De winst van de één is de schade van de ander” (Le Profit de l’Un Est Dommage de l’Autre). In het Nederlands heeft het slechts 248 woorden. In dit essay stelt Montaigne dat ieders winsten voortkomen uit en berusten op kosten voor een ander. Essay I-22 is niet alleen Montaigne’s kortste essay, maar het is ook het essay dat het meest bekritiseerd is. Nu wil ik niet beweren dat het briljant is, maar is de kritiek terecht? De meeste kritiek gaat terug op wat de Oostenrijkse econoom en filosoof Ludwig von Mises (1881-1873) hierover geschreven heeft en volgt diens kritiek in grote lijnen. Laten we daarom eens kijken wat Von Mises van dit kortste essay van Montaigne dacht.
We vinden Von Mises’ bezwaren tegen Montaigne vooral in hoofdstuk 24 van zijn Het Menselijk Handelen. Hier schrijft hij:
“De onophoudelijke veranderingen in omstandigheden die de economie ervan weerhouden om in een gelijkmatig draaiende economie te veranderen en voortdurend ondernemerswinst en -verlies tot gevolg hebben, bevoordelen sommige leden van de samenleving en benadelen anderen. Daarom, zo concludeerde men, is het gewin van de ene het verlies van de ander; men maakt enkel winst door het verlies van anderen. Dit dogma werd door enkele vroegere schrijvers al aangedragen. Onder de moderne schrijvers was Montaigne de eerste om het te herformuleren; we kunnen het gerust het Montaigne-dogma noemen. Het was het middelpunt van de doctrines van het mercantilisme, oud en nieuw. Het ligt ten grondslag aan alle moderne doctrines die onderwijzen dat er binnen het kader van de markteconomie een onverzoenbaar conflict bestaat tussen de belangen van verschillende maatschappelijke klassen binnen een land en bovendien tussen de belangen van meerdere landen.” (cursief in het origineel)
Nu is het zo, aldus Von Mises, dat het Montaigne-dogma in bepaalde omstandigheden wel klopt, maar in het algemeen is dit niet het geval: “Wat de winst van een enkeling in het verloop in een vrije marktgemeenschap veroorzaakt, is niet de tegen- en rampspoed van zijn medemens, maar het feit dat hij datgene dat zijn medemens een gevoel van onbehagen bezorgt, verlicht of volledig wegneemt.” En dan geeft Von Mises een aantal tegenvoorbeelden die kennelijk bedoeld zijn om Montaigne’s opvatting in essay I-22 te weerleggen, want ze volgen soms bijna letterlijk wat Montaigne daar geschreven heeft. Zo zegt Von Mises bijvoorbeeld: “Wat de zieken schade toebrengt, is de plaag, niet de dokter die de ziekte behandelt. De winst van de dokter is geen gevolg van epidemieën, maar van de hulp die hij biedt aan de getroffenen.” (mijn cursivering) Dit is kennelijk een reactie op Montaigne’s opmerking dat geen enkele dokter blij is met de gezondheid van anderen (zie beneden). Nu brengt Montaigne zijn opvattingen in dit essay of elders in zijn werk natuurlijk niet in verband met een vrijemarkteconomie, want dit idee bestond nog niet in zijn tijd. Hij heeft het over menselijk gedrag en hoe je winst kunt maken. Maar zegt of suggereert Montaigne werkelijk dat de dokter de patiënt schaadt – zoals Von Mises in de gecursiveerde passage suggereert – zodat hij deze vervolgens kan behandelen en daaraan kan verdienen? Zegt Montaigne werkelijk dat de een winst maakt door de ander te schaden? Met andere woorden, kunnen we hier werkelijk van een Montaigne-dogma spreken?
Laten we eens wat nauwkeuriger naar essay I-22 kijken. Zoals we hierboven zagen, luidt de titel van dit essay letterlijk vertaald: “De winst van de één is de schade van de ander”. Deze titel is neutraal in betekenis. Er staat niet meer dan dat de een er voordeel bij heeft als de ander schade heeft. Zo staat het er ook in het Frans. Maar laten we eens naar Montaigne’s voorbeelden kijken:
“De koopman doet alleen goede zaken wanneer de jeugd uit de band springt; de landbouwer wanneer het graan duur is; de bouwmeester wanneer er huizen instorten; de ambtenaren van het gerecht wanneer de mensen twisten en procederen, en zelfs de geestelijken kunnen alleen dankzij onze zonden en onze dood hun ambt uitoefenen en daar eer mee inleggen. Geen enkele dokter is blij met de gezondheid van anderen, zelfs niet van zijn vrienden, zegt de oude Griekse komediedichter, noch een soldaat met de vrede voor zijn stad; en ga zo maar door.”
De voorbeelden die Montaigne hier gebruikt zeggen niets anders dan dat het winst maken door de een gepaard gaat met de schade van anderen en dat de winstmaker van deze schade profiteert. Montaigne zegt echter niet dat de winstmaker de schade van de ander veroorzaakt. Zo zegt Montaigne bijvoorbeeld niet (vergelijk Von Mises’ voorbeeld hierboven), dat de dokter de patiënt ziek maakt, maar alleen dat de een dokter zijn inkomen verdient doordat de patiënt ziek is. Blijkbaar heeft Von Mises de door mij zojuist aangehaalde passage van Montaigne gelezen als een soort van “post hoc propter hoc”, dus als “hierna, dus hierdoor”: de winstmaker kan zijn winst maken doordat hij een ander eerst schade heeft toegebracht. Nu moet ik toegeven dat de zin die op mijn citaat uit essay I-22 volgt dit zou kunnen suggereren: “[I]eder die zijn eigen innerlijk peilt, zal tot de ontdekking komen dat onze diepste wensen voor het merendeel op kosten van anderen geboren en gevoed worden.” Maar de titel en de teneur van essay I-22 maken duidelijk dat Montaigne alleen maar wil zeggen dat iedereen die voordeel heeft dit heeft vanwege de ellende van anderen en dan van deze ellende hoopt te profiteren. Misschien bestaat er wel een dogma dat zegt dat “het gewin van de ene het verlies van de ander [is]; [dat] men … enkel winst [maakt] door het verlies van anderen.” (Von Mises, zie boven) Dit is echter niet Montaigne’s dogma op de manier zoals Von Mises essay I-22 interpreteert.
Maar ook al is er geen Montaigne-dogma in Von Mises’ zin, we kunnen ons wel afvragen of Montaigne gelijk heeft met zijn bewering dat de winst van de een berust op de schade van anderen. Dit zal best wel eens voorkomen en misschien komt het meer voor dan je denkt, maar in het algemeen gesproken is het niet juist. Er zijn veel manieren waar je winst kunt maken. Profiteren van de schade of ellende van anderen is slechts één mogelijkheid. 

Bron
- Montaigne, Michel de, Essays. Vertaling Frank de Graaff. Amsterdam: Boom, 2001.

- Mises Instituut Nederland, “uit Het Menselijk Handelen: Het Montaigne dogma”, https://mises.nl/het-montaigne-dogma/

Geen opmerkingen:

Een reactie posten